James Bond: Casino Royale
Ik ben eigenlijk altijd nog naar de James Bond films geweest. Zeker toen ik wat ouder werd, werd dat meer uit gewoonte dan wat anders. De films zijn altijd wel leuk, maar dan ook echt niet meer dan dat. Kijken wat Q nu weer bedacht heeft, wat voor lompe auto’s er nu weer in rond rijden en wie hij nu weer allemaal het bed in trekt zeg maar. Toen we met Andries, Sabine, Freddy en Iris spontaan besloten om de nieuwe maar te gaan kijken in Uden werd ik dan ook bijzonder blij verrast door een totaal nieuw recept.
Dit is een zogenaamde prequel, de film speelt zich af vóór de andere films. James Bond is nog jong en verwerft pas net de “double o” status, die zorgt dat hij mag doden. Hij is aardig arrogant en agressief. Hij haalt dan ook aardig wat roekeloze dingen uit. Iemand omleggen bij een ambassade, inbreken bij zijn werkgever en meer van dat soort fratsen. Opvallend aan deze film was dat het er eentje was zonder allerlei overdreven technologie. Geen laserringen, rubberen ringetjes waarmee je onder water kan ademen, bom ter grote van een knoop waarmee je een totale bunker omver kan blazen of dat soort onzin. Het grootste technische hoogstandje waren twee laatjes in zijn auto-dashboard zo ongeveer.
Dat maakte de film erg interessant, vlot en spannend. Voor de verandering kon ik ook eens niet van mijlen ver van te voren het einde zien aankomen. De film verraste me een aantal keren en was erg leuk om te kijken. Dat het een beetje een anti-bond film was bleek hier wel uit:
Bond: “A martini please.”
Barman: “Okay, do you want it shaken or stirred?”
Bond heeft erg veel aan zijn hoofd op dat moment, kijkt de barman even vol ongeloof aan en vraagt geïrriteerd: “Do I look like I give a damn?!”
Kortom, wat mij betreft een aanrader deze film. Snelle goede actie, en een vlotte film!