Een zoontje - de eerste 9 maanden review

Ondertussen ben ik ongeveer 9 maanden vader. Dan zou je kunnen zeggen dat je wel aan de eerste product review toe bent. Wat zijn de plussen, wat zijn de minnen, hoe bevalt het bezit en hoe is de prijs/kwaliteit verhouding? Ik begrijp dat jullie nu al meteen denken: lekker verhaal en goed onvolledig dus. Dat snap ik, want ik sla hier de “unboxing” over. Maar dat is bewust! In dit geval kan ik daar enkel minnen bij noteren, dit was verder geen positieve ervaring. Eén waar ik niet graag aan terug denk. Het inpakken daarentegen was verder wel redelijk gezellig, maar ook daar gaan we verder niet op in. De bezorgtijd was vervolgens ongeveer 9 maanden, maar ik begrijp dat dat overal zo’n beetje hetzelfde is. Kortom, ik vermijd enkele onderwerpen maar zal proberen er verder redelijk open en transparant over te zijn. Toen ik op de familie-app vertelde dat ik een review over mijn zoontje aan het schrijven was, reageerde Joost, mijn zwager, direct met zijn review voor zijn dochtertje: “Dodelijk vermoeiend, je word gek van de notificaties ’s nachts die je niet uit kan zetten en de dlc is schijtduur en verplicht - 4.5/10” Deze review is erg waar, maar ik schrijf er toch wat meer over :).

Welke editie? Een Jongetje

Zoals de titel al weggeeft, we hebben een jongetje, Aeron genaamd. Al vroeg merk je als vader dat de uitrusting specifiek anders is als bij een meisje. Dit klinkt banaal en flauw, maar ik heb hier bijvoorbeeld met Joost over gesproken. Joost en Myrte hebben een dochtertje, Vesper. En Joost bevestigde mij dat zijn ervaringen door het verschil in uitrusting daadwerkelijk flink anders waren. Hier heb je als lezer niet veel aan overigens. In de praktijk wordt je gewoon wat toegewezen en heb je hier verder geen keuze in. Wanneer je een jongetje verschoont of om welke andere reden dan ook uitkleedt, dan komt er koude bij zijn gereedschap. Dit blijkt een redelijk consequent seintje voor een jongetje te zijn om te gaan plassen. Gelukkig valt het met hoeveelheden dan best mee en kan je meestal met een hydrofiele doek of een luier makkelijk toekomen. Bedek je hem meteen weer met een doekje, dan kan je het meestal ook gewoon voorkomen. Dit is een proces dat je even onder knie moet krijgen. De luier los en vervangen en er ondertussen een doekje bijhouden is niet zo makkelijk als het klinkt. Je komt voor je gevoel telkens 1 tot 3 handen te kort, maar zoals ik al eerder schreef: met de juiste motivatie leer je snel.

In ons geval was dit een compliment van het consultatiebureau: hij kan al op zijn zij rollen! (De truuk bestond uit het optrekken van zijn beentjes en deze dan opzij laten vallen. Daarmee lag hij effectief op zijn zij). Dit is een vaardigheid waar je met gepaarde complimentjes van deze en gene trots bij voelt als ouder (kijk eens wat die van mij kan!). In de praktijk verging het lachen toch snel. Om een of andere reden trekt hij bij de koude zijn beentjes ook omhoog. Dus, als we het doekje niet snel genoeg over hem heen hebben begint hij te plassen en trekt zijn beentjes omhoog. Vervolgens rolt hij als een Gardena-tuinsproeier al sproeiend op zijn zij en plast zo, in een spoor, ook over de luiers en de grond heen. Ook op het consultatiebureau heeft hij op deze wijze over alle schone doekjes heen geplast. Dat werd eerst lachend ontvangen door ze, tot ze zich beseften dat ze dus niets hadden om het mee schoon te maken. Ik begreep van Joost dat bij een meisje hetzelfde gebeurt, maar dat het niet overal heen gaat, je hoeft veel minder schoon te maken. Voor de (toekomstige?) bezitters van een Jongetje: dit gaat na 3 maanden al veel beter. Je hoeft steeds minder alert te zijn, het gebeurt steeds minder vaak.

Interactie, feedback en responsiveness

In het begin is een baby een organisme met betrekkelijk weinig vaardigheden. Eten, huilen en eten verwerken. Het beweegt wat ongecontroleerd en de gezichtsuitdrukkingen veranderen veel. Vaak lijken deze niet gerelateerd aan wat er gebeurt. Er loopt een of ander calibratieproces waarin de mogelijkheden bekeken en geoefend worden. Wel merk je aan de baby zijn lichaamshouding en emotie dat hij troost bij je vindt, hij herkend je en voelt zich geborgen bij je. Dit is alles. Vreemd genoeg werkt dit. Je kan ervan houden, je kan lachen om de trekjes en dingetjes en wordt ingepakt door de algehele schattigheid. Het voelt goed als hij zich echt tegen je aandrukt of jouw geborgenheid omzet in een zeer tevreden uitstraling.

Pas na een hele tijd, een maand of 3 had ik voor het eerst echt de suggestie van contact. De baby lijkt je soms aan te kijken en je vraagt je af of hij met zijn gezicht aan het oefenen was of dat hij echt naar je lachte! Dat voelt echt goed. Je wordt langzaam toch wel enthousiast over wat er allemaal gebeurd. Tegen de 4 maanden heb ik het idee dat de baby zijn voeten gericht gebruikt om tegen zijn babygym te schoppen. Niet langer een gevoel van per ongeluk.

Later begint hij naar dingen te grijpen. Dit is grappig genoeg een lastige tijd. Meneer slaagt erin om zijn speentje uit zijn mond te trekken en vast te houden. Wat machtig! Jammer genoeg kan hij hem alleen niet zelf terug gepuzzeld krijgen en leidt dit tot veel verdriet. Ja, dames en heren, de baby huilt omdat hij zelf zijn speen heeft afgepakt. Vertederend is het als hij je vingers pakt, schrikken wanneer hij de eerste keer je bril van je hoofd rukt. Dan begint de baby zich om te rollen. Van spelen op zijn rug kan hij zich op zijn buik rollen. Ook dit is een moeilijke periode. Op zijn buik is hij het na een tijdje zat maar bezit niet de vaardigheden om terug te draaien. Dit zal je nog vaak voor hem moeten doen. Recent is de baby begonnen met tijgeren. Kruipen zit er nog niet in, maar staat al een flinke tijd boven op de baby zijn verlanglijst. Hij ligt tussen zijn speelgoed te spelen, beweegt onhandig en plaatst zelf zijn speelgoed net buiten handbereik. Dan komt het grote verdriet: ik kan niet meer spelen. Als ouder moet je dan het speelgoed weer terug geven. In groeiende frustratie begint hij steeds wilder te proberen weer bij zijn speelgoed te komen. Hij gooit zijn lijf op en neer, zwaait met zijn kont en wil zo heel erg graag voorruit. Dit doet hij bizar onhandig, waardoor hij bijna altijd in praktijk naar achteren schuifelt. Hij probeert actief bij zijn speelgoed te komen en dat komt steeds verder weg te liggen. Wat een ellende! Nu hij een beetje kan tijgeren is veel verdriet voorbij en kan hij zelf voortaan pakken wat hij wil. Dit is toch wel een erg mooi punt in zijn ontwikkeling.

Maar ook hier gebeurt iets heel dubbels. Elke nieuwe vaardigheid, hoe klein ook, zorgt voor bizar veel vreugde. Het voelt leuk, je leeft met hem mee en voelt plaatsvervangende trots wanneer hij iets bereikt en geleerd heeft. Direct wordt het veelvuldig en uitgebreid toegepast, iedere vaardigheid verruimt zijn wereld zo enorm dat het grote veranderingen met zich mee brengt. Het brengt hem zoveel plezier om iets te kunnen! Soms overweeg je zelfs om iemand op te bellen om te vertellen wat hij eindelijk kan. Hoe fijn het is. Tot je, gelukkig voor je telefoontje, beseft weer zo’n suffe ouder te zijn die op straat trots staat te vertellen dat het kindje dit keer niet in zijn eten is gestikt. Zonder op de tribune te hebben gezeten bij de lijdensweg naar dat punt denk je gewoon dat ze niet goed wijs zijn. “Dus, jouw baby, een minimensje, kan lachen? Ja ja ja, ronduit indrukwekkend. Maarre, ik moet moet weer verder”. Ik snap sinds kort dus beide kampen en doe mijn best me in te houden :).

Overlast (notificatie-settings met dank aan Joost)

Overlast. Ja, daar krijg je mee te maken. Dat is niet erg, want je weet dat het gaat gebeuren. Je houdt er rekening mee, stelt je erop in en gaat de wedstrijd aan. Dit is overigens een bijzonder vergelijkbaar proces als wanneer je een huisdier neemt. En hier ga je de eerste echte tweesprong in. Met een huisdier weet je wat goed is voor jou en voor het huisdier en ga je streng maar ook vriendelijk de training in. Je besluit tot hoever je gaat, wanneer hij het zelf maar moet rooien en beloont daar ook bij. Met een kind is dit precies hetzelfde: niet meteen troosten, zelf even de kans geven om eruit te komen. Als ze even mopperen en niet meteen in slaap komen, niet meteen gaan troosten, niet verwennen etc.

In de praktijk merk je echter direct dat er wat stuk is bij je. Je weet wat je hoort en niet hoort te doen, je kan het prima beredeneren en houd jezelf er vervolgens niet aan. Je negeert erg vaak je eigen advies en verstand. Het hummeltje is namelijk ongelofelijk lief en knuffelbaar. Zijn verdriet snijdt in je, het doet bijna fysiek zeer om dat te horen. De lieflijke zucht als zijn papa of mama hem op pakt, de verliefde tevredenheid in die oogjes of in zijn lichaamshouding als je bij hem bent zorgen dat je kansloos bent als ouder. Je voelt je zo ontzettend gewaardeerd dat je het bijna voor lief neemt. Je slaapt wel niet en het gaat wel niet zo goed met je, maar hey, dit was het waard! Maar dat is dan ook wel het punt waar je toch (gematigd!) rationeel zal moeten zijn. Houdt vol en zorg dat je zelf ook blijft werken aan een houdbare situatie waarin je het vol kan houden. En die komt wel ook uit een beetje opvoeden en volhouden. Wij hebben een bijzonder makkelijk kind. Hij sliep na 3 maanden uit zichzelf al door. Heerlijk en je kan de hele wereld aan. Niets is te gek of te zwaar en het gaat prima.

Toen werd hij verkouden. Niet zo’n ramp toch? Hij snottert gewoon een beetje. Helaas betekent dit dat hij moeite krijgt met ademen en spuugt dan zijn speentje uit. Na 3 minuten beseft hij zich dat hij geen speentje meer heeft! Huilen! Wanneer je hem zijn speentje geeft is het voorbij. De crisis is bezworen en hij slaapt meteen tevreden verder. Je kan zelf ook tevreden terug naar bed. Vervolgens gebeurt dit zo’n 2 à 3 keer per uur. Dat is pittig. Na een klein weekje verandert de verkoudheid in een keelontsteking. Je hoort de pijnlijke ademhaling en het pijnlijke hoesten. De baby huilt met een extreem zielige schorre keel. Dit is pittig, maar je houdt vol. Het is inmiddels week 2 en je begint wel een beetje te lijden. Dan wordt de keelontsteking een griepje. Een beetje verhoging en ziek en zeurderig. Maar de keelpijn is minder. De nachten zijn nog steeds snotterig en gebroken, maar iets beter als met de keelpijn. Toch brokkel je langzaam verder af. De griep gaat over in het RS-Virus. Dikke paniek even en een zware opgave. Maar ook deze kom je weer te boven. Na een redelijke dag krijgt de baby vervolgens een buikgriep. Kronkelend huilen van de krampjes en continue spugen en poepen. Ja, de wedstrijd begint zwaar te worden. Ook dit passeert weer. Dan gaat de baby, na 2 goede nachten, ineens echt hard aan het hoesten. Hoesten tot hij er van overgeeft. Hoesten tot hij moet huilen van de pijn en vermoeidheid. Een pseudo-kroep. Ook weer een ziekte van een week. Ondertussen merk je dat je emotioneel wat eenvoudiger geraakt bent, je bent continue moe en getergd. Je wordt echt boos als hij je weer wakker hoest en huilt, tot je boven zijn wieg verschijnt en ziet hoe zielig hij is. Verdriet glijdt langzaam af in wanhoop op momenten. Dit is de duistere zijde van een baby. Dit is waar iedereen voor vreest en ja, het is ellende. We hebben een week of 6 vrijwel niet meer dan een uurtje ononderbroken kunnen slapen. Dit doet pijn. Maar, er zit een zilveren randje om deze wolk. Het voelt goed om je kind te troosten, je hebt begrip en medelijden, je houdt het beter vol dan dat je ooit voor mogelijk hield en alhoewel je stuk gaat hoort het er gewoon bij.

Vermaak en plezier

Hier kan ik jullie dus echt geruststellen. Dit is er en wel in overvloed. Je moet het alleen vaak beleven om het echt te begrijpen. Als ik thuis kom en hij zit bij Iris op schoot te spelen. Hij kijkt me aan en laat alles vallen, de concentratie en aandacht voor de hele wereld is weg. Koplampen op standje hoog, het geluk straalt en een glimlach van oor tot oor omdat je er weer bent. Dat doet je wat.

Als ik met hem in bad ga. Hoe hij al uit Iris haar armen probeert te worstelen om bij me in bad te komen. Het plezier dat hij dan heeft zorgt dat je erna glimlachend de zeiknatte vloer droogt. De hele badkamer is nat, maar wat hebben we plezier gehad :). Als ik per ongeluk iets doe wat hij grappig vindt. Als je dat dan herhaalt tot hij zit te stikken van het schaterlachen. Dat is echt leuk. Vaak zijn dit domme en betekenisloze dingen. Maar je moet zelf ook echt lachen.

Als hij iets doet waarvan hij weet dat je het knap vindt. Om een of andere reden heeft Aeron debiel vroeg één ding geleerd: een hand geven. Dit kan hij al erg lang en was een vreemd contrast. Hij kon nog niet zelf op zijn rug gaan liggen, het is bijna onmogelijk om zijn aandacht te vangen (al helemaal meer dan een paar seconden) maar slaagde er wel in om op commando een hand te geven. Als je deze dan enthousiast schudt, dan glundert hij zo ontzettend! Hij is dan echt bijzonder trots en tevreden met zichzelf. Nu nog heeft hij er erg veel plezier mee om een hand te geven. Zo erg dat ik vaak moet uitleggen dat ik echt niet geprobeerd heb om hem dit te leren, dat dit echt iets van hem was. Als hij druk zit te “vertellen”, hij probeert te praten en te reageren maar hij heeft duidelijk geen idee. Dat is echt leuk. De mate waarop je hem kan verwonderen, blij kan maken en hoe je hem tevreden kan krijgen door gewoon bij hem te zijn is bijna onbeschrijflijk prettig.

Ja, het product, alhoewel vol met fouten, frustraties en onhandige ontwikkelingen, is echt heel erg leuk. Het is een hoop gedoe en ellende, maar bijzonder de moeite waard. En, dan komen we bij iets unieks voor dit product: het wordt steeds leuker. Ik merk de hele tijd dat van het begin af aan het allemaal al prettig was, maar dat het iedere dag beter en leuker wordt. De review start op een leuk maar een beetje magere voldoende, maar wordt iedere dag beloond met een hoger cijfer.

Als ik dan zijn periode van ziekten en rommelen weg denk, is het toch echt een hoog cijfer! Het blijft belonen en verrassen. De replay-ability is dus erg hoog. Het wordt niet repeterend en telkens vind je nieuwe aspecten die leuk zijn. Maar het is niet voor iedereen, je moet het wel willen. Ik vermaak me er prima mee en heb geen gevoel van verlies. Alles wat ik wil doen kan ik nog steeds. Ik wandel veel, geniet van mijn vrije tijd en vind het leuk om dingen met hem te doen.

Wanneer ik kan neem ik hem mee naar alles wat ik doe (hij is doorgaans erg gemakkelijk in de omgang) en wanneer dat niet gaat zijn zijn grootouders meer dan bereid om hem op te vangen. Het terugkrijgen is vaak lastiger dan het inleveren. Toch hoeft het niet vaak. Het past me, ik ben blij met mijn keuze!

Comments oude systeem:

Chris -

Geweldig om te lezen :o)

Yvonne -

Heel mooi Steph!

Adding content to the end of the web.

Next
Previous